woensdag 11 juli 2012

Hoe Van Agt een Negen werd

Ik schreef het al eens eerder. Ik ben verslaafd aan wielrennen op televisie. Ik moet alles zien wat er op fietsgebied te zien valt. Ik kijk zelfs naar Campinglife omdat ze dan soms op een fiets zitten en een berg afgaan. Op deze regel is echter een uitzondering en dat is de avondetappe met de heer Smeets. Sinds ik zelfstandig kan denken probeer ik dit individu zoveel mogelijk te mijden op de televisie. Helaas lukt dit niet altijd. Zo ook gisteravond. Ik kwam terecht in een uitzending van de avondetappe met als gasten de heren Boogerd, Zonneveld en Van Agt.
 
Terwijl ik tegen mijn gehoor een pleidooi aan het afsteken was over de voordelen van de mute-knop, hoorde ik de heer Van Agt zijn boek verkopen. Tot zover geen verrassingen. Daarna ging het over de klim- en schrijverskwaliteiten van Thijs Zonneveld en Michael Boogerd was valselijk bescheiden. Wederom geen verrassingen, met uitzondering van een bescheiden Hagenees.
 
Mijn oren begonnen echter te steigeren op het moment dat de altijd erudiete en eloquente heer Van Agt twijfelde aan de legitimiteit van het dopingverbod. Waar ik vier dagen geleden al schreef over het verlangen naar een vuile tour, ben ik in dit verlangen blijkbaar niet de enige. Een goed journalist zou hier vragen over hebben gesteld. De heer Smeets niet. De reactie van de heer Smeets beperkte zich tot een afkeurende blik. Mag ik dat schrijven? Ja, dat mag ik schrijven.

Aan de andere kant van de tafel pleitte Thijs Zonneveld voor het verbod op doping. Hij gebruikte hiervoor legitieme argumenten. De heer Van Agt daarentegen had zeker ook een steekhoudend verhaal. Een heerlijk debat lag voor het oprapen en een goed programmamaker zou dit debat tussen beide heren hebben aangewakkerd. Tot mijn grote verrassing gaf de heer Smeets de ruimte voor een beperkt debat. Het tekent echter de zwakte en ijdelheid van de heer Smeets dat hij niet alleen het debat voortijdig monddood maakte, maar het zelfs nodig achtte zijn mening te ventileren.


Ik hoef niet te weten in welk kamp de heer Smeets uithangt. Ik wil niet weten in welke hoek van de virtuele boksring hij zich ophoudt. Ik zit niet te wachten op de mening van de heer Smeets en al helemaal niet als deze in de "wij" vorm verkocht word.  Ik ben uitstekend in staat zelf een mening te vormen en als ik inzicht wil in de mening van de heer Smeets, koop ik wel een van zijn talloze boeken. Die boeken lezen trouwens leuk weg en die pruim ik dan ook wel. De tv-persoonlijkheid kan ik niet luchten of zien. Van mij mag hij vertrekken. Des te eerder, des te beter. Ik pleit voor jong talent.
 
Als het aan mij lag heffen we hierbij ons glas en proosten we nog eenmaal. Laat ons proosten op de heer Van Agt die de zwakte van Mart zo mooi ontblootte. De heer Smeets scoorde een mager zesje maar de heer Van Agt was een hele fijne negen. Voor de allerlaatste keer hoor ik de klanken van Dalida. Mart, au revoir. Chin chin.

1 opmerking:

  1. Smaken verschillen zullen we dan maar zeggen. Ik kan altijd weer genieten van Mart met zijn zelfgenoegzame en romantische kijk op het wielrennen.

    BeantwoordenVerwijderen